Wat is er toch met Job? Op school praat ik met de juffen, ook zij maken zich zorgen. Job is moe, veel te moe. Vroeger wilde hij in de klas nog wel eens dansen, liet hij zich aan zijn handen optrekken uit de rolstoel om enthousiast mee te bewegen. Nu blijft hij altijd zitten, zegt de juf.
Columns
Column: Slapen
Een van de beste dingen van een vakantie zonder Job is slapen. Het zit ’m niet in de lengte van de nachtrust, maar in de diepte. Slapen zonder alert te hoeven zijn. Niet wakker schrikken van een snurk, een kreun of een huil. Of erger nog: naast je bed staan omdat het op de andere kamer zo stil is. Eng stil.
Column: Verdriet
Aan het plafond hingen dikke, heldere druppels. Langs het keukenkastje gleden ze traag naar beneden. Plok plok – op de laminaatvloer. Samen keken we naar de lekkage. Waarom nú? Wat hij aandeed, vroeg ik Rob. Zwijgend liep hij de trap op. Ik stopte zwarte hakken in mijn weekendtas.
Column: Thuis
De kerstverlichting hangt nog in de voortuin. Op de slaapkamerstoel ligt het rokje dat ik droeg met oud en nieuw. Als ik de koffers naar boven sleep, krijg ik het gevoel terug te keren naar een vorig leven. Alsof we jaren zijn weggeweest.
Column: Vader
De zoon dobbert in zee met een duikbril op. Van de vader zie ik alleen de flippers, hij is zojuist richting koraal gedoken. Vanaf het strand kijk ik toe. Minder opzichtig dan toen gisteren een school dolfijnen voorbij zwom, maar even nieuwsgierig.
Column: Bonaire
a precies dertien jaar klim ik weer in de dode boom op Bonaire. Terwijl het in Nederland vriest, doen we een remake op deze tropische locatie. Details zijn belangrijk. “Hier?” Ik kijk naar Jobs begeleidster die vandaag fungeert als fotografe. “Een stapje verder.”
Column: Vliegen
Twaalf uur vliegen met een kind is al lastig. Het wordt een uitdaging met een jongen van 15 die gezien zijn kromming niet in een normale stoel kan zitten. Hoe doe je dat? Een handleiding:
Column: Ongeluk
Job is hard gevallen in de badkamer. Vanuit de stoel die we over de wc schuiven zodat hij kan plassen, is hij voorover op de tegels gesmakt. Twee voortanden zijn afgebroken en naar binnen geslagen, een hoektand is beschadigd. Ik kom thuis als het ongeluk net is gebeurd. Job huilt hartverscheurend, hij zit onder het bloed. Ik wieg hem en duw hondje Duke tegen zijn wang. Dat helpt, zijn trouwe knuffel kalmeert hem. Ik wil dat Duke niet alleen zijn bloed absorbeert, maar ook zijn pijn.
Column: Sinterklaas
‘Misschien wil Sinterklaas de eerste bladzijde van je nieuwe boek wel voorlezen’, zeg ik tegen Job. Mijn zoon, dicht tegen de heilige aan gekropen op de bank, knikt bijna onzichtbaar. Sinterklaas zet zijn leesbril op en schraapt zijn keel. ‘In het dorp boven de wolken…’
Column: SpongeBob
‘Au, mijn neus.’ Dat zei de allereerste SpongeBob die Job ooit kreeg als je de knuffel in zijn neus kneep. SpongeBob riep het zo hard, dat alle baby’s op de afdeling geschrokken onze kant op keken. Jobs liefde voor SpongeBob werd geboren in het ziekenhuis, vlak na zijn schedeloperatie. Juist omdat het gele zeedier zo luidruchtig was, viel onze zoon als een blok voor hem. De knuffel was een geschenk van Jobs favoriete oom, dat hielp ook.