‘Job, mond dicht’, sis ik tegen mijn zoon.
Dit vindt hij grappig en hij schiet in de lach.
-Flits-. De camera klikt. En weer heeft Job zijn mond wagenwijd open.
Zijn gezicht is één en al tanden. Maar die witte dingen mogen nou net niet te zien zijn op een foto in het nieuwe paspoort.
Ik verontschuldig me nog maar eens tegen de dorpsfotograaf. Hij blijft geduldig. ‘Zo moeilijk zullen die ambtenaren toch niet doen’, probeert hij me gerust te stellen. ‘Ik heb gehoord dat ze best soepel zijn.’ Helaas, leg ik hem uit. Het paspoort voor Job moet ik niet hier ophalen – ik ben in het dorp van mijn ouders -, maar in de grote stad. Vóór 1 mei, want anders mag Job niet mee op vakantie. Vanmorgen viel een tweede brief van het ministerie in de bus om me daarvoor te waarschuwen.
Ik vind het eeuwig zonde. Al acht jaar staat Job als baby met een gezellige dikke kop bij mij in het paspoort. Ook als ik zonder hem op reis ga, is hij altijd bij me. Nu moet hij een eigen document met een eigen foto. Alsof hij ooit in staat is zelfstandig te reizen. Het paspoort moet worden afgehaald aan de gemeentebalie mét kind en beide ouders. Op werkdagen tot één uur of op donderdagavond als alle andere ouders ook met hun kinderen in de rij staan (‘wachttijd tot twee uur’, zei de gemeentemevrouw aan de telefoon). De strenge regels voor de pasfoto zijn me ook bekend: mond dicht, beide oren te zien. Welke idioot verzint zoiets? Zelfs voor baby’s geldt geen uitzondering.
Gelukkig is de kapper net bij Job geweest. Zijn oortjes zijn als gevolg van zijn syndroom extreem klein en laten zich alleen zien als alle krullen zijn verdwenen. Zoals nu.
Maar Job wil niet stilzitten. In de krappe studio van de drogist die ook de pasfoto’s maakt, grijpt hij om zich heen zodat er geen opname geschoten kan worden waarbij twee oren gelijktijdig in beeld zijn.
Oma, ook mee, doet haar best. Ze probeert Jobs aandacht te trekken. Intussen buig ik mijn bovenlijf achterover om maar niet op de foto te komen. Mijn zoon kan niet zelf zitten, daarom houd ik hem vast op mijn schoot.
-Flits-.
Wat een gedoe. Jobs anatomie werkt helemaal niet mee vandaag. Zijn lippen kúnnen nauwelijks op elkaar door de stand van zijn kaken. Vraag maar aan de dokter.
De fotograaf blijft vrolijk. Het zal wel goed komen. Weet je wat? Hij drukt gewoon twee beelden af, zodat die stadse ambtenaar mag kiezen. En anders moet ik de burgemeester maar bellen, want die kan een ontheffing verlenen voor paspoortfoto’s die niet aan de regels voldoen.
Ik reken af en stop twee series pasfoto’s in mijn tas. Job staat er fantastisch op. Breed lachend, één oor naar de camera en onscherp. Mijn wegdraaiende schouder is nog net te zien.
4 thoughts on “Column: Paspoort”
Reageren is niet (meer) mogelijk.
Hallo,
Toevallig vandaag met mijn zoontje (ook gehandicapt) op schoot foto’s gemaakt.
Dus je verhaal was heel herkenbaar. Er hoeft maar 1 ouder mee hoor staat op de site van de overheid en de andere ouder moet een verklaring die te downloaden is in te vullen en daar moet je het paspoort even van meenemen. dat is wel wat makkelijker dan allebij tijd ervoor vrij te hoeven maken.
Groetjes Leonneke
http://bramsdagboek.blogspot.com/2011/09/id-kaart.html
Hij is wel wat gewend die drogist in dat dorp, ik geloof dat we er 4 keer geweest zijn voor een nieuwe foto! Toch is het uiteindelijk de eerste geworden 🙂
Ik wens je een prima ambtenaar!
Annemarie, je schrijft geweldig! Tijdens iedere column die ik van je lees moet ik minstens 2 keer lachen en laat ik minstens 1 keer een traan. Zó uit het hard lees ik zelden iets.
En wat deed je het goed bij DWDD trouwens.. ik zou het niet durven.
Heel veel succes weer met je werk, moeder zijn voor Job en ongetwijfeld veel andere dingen!
Groetjes Frederique
Zo herkenbaar…al jouw collumns..zo ook deze. Ik neem gewoon een foto mee van een lachende dochter met open mond (veel leuker ook dan die saaie van ons). Dochter moet toch mee..als ze het niet zouden accepteren, had ik ze gevraagd ze zelf maar een foto proberen te laten maken. Wel vervelend dat je eigenlijk al zo opgefokt naar zo’n gemeentehuis gaat. Maar het is wel gelukt. Ze hebben het gewoon geaccepteerd. Zagen ook wel dat het niet anders kon.