Ik hoop dat mevrouw Van E. deze column niet leest. Ze zal me kielhalen. Omdat ik haar sokken de eerste dag al kwijtraakte. Sokken die ze met zo veel liefde op maat had gebreid. Speciaal voor Job. Opdat hij nooit meer koude enkels zou hebben.
Even uitleggen: mevrouw Van E. reageerde op de column over mijn wanhopige zoektocht naar geschikte Job-sokken. Warm, lang, maar vooral extra smal. Anders zakten ze steeds van zijn iele kuiten. ‘Ik wil ze wel breien’, mailde de engel. Bij haar thuis nam ze de maten, we mochten zelf de wol kiezen.
Een paar weken later haalde ik het breiwerk op. De foto van Job in zijn customised streepjeskniekousen deelde ik trots in de familie-app.
Thuis nam ik hem in de rolstoel mee wandelen. De warme sokken wachtten wel even, ik hing ze over een stoel. Althans, dat dacht ik. Toen we uitgewaaid terugkwamen, zag ik een sok in de goot liggen. Wat een gek smal ding, dacht ik nog. Toen stopte mijn hart met kloppen: de sok van mevrouw van E! Ik vloog naar binnen voor een hereniging met zijn tweelingsok die nog over de stoel moest hangen. Niet dus. Stoel leeg. Ik haalde mijn huis overhoop, oefende in gedachten al een excuusmail aan mevrouw Van E. Ik wilde ter plekke sterven. Voor het eerst van mijn leven liet ik Job toen even alleen (met de voordeur open) en fietste onze wandelroute na. En jawel, op de stoep lag de tweede sok.
Hoe het mogelijk was, snap ik nog steeds niet. Ze hingen over die stoel, zeker weten. Dus? Job heeft de sokken waarschijnlijk in een onbewaakt moment meegepakt en ze onderweg verloren. Ja, laten we Job de schuld geven… Mocht u toch meelezen, mevrouw Van E: de sokken zijn nu veilig, want Job heeft ze elke dag aan.