Nee, mijn zoon is niet vernoemd naar de bedenker van de iPad. De tablet bestond nog niet toen de kleine Job ter wereld kwam. Maar als ik ooit een naam op mijn lijf laat tatoeëren is het die van Steve Jobs. Wat hou ik van die man. Vooral dankzij hem had ik een topvakantie.
Het geluk begon al in het vliegtuig. Mijn zoon is schattig, maar kan ook een heel vervelend ventje zijn. Met name als hij verplicht moet zitten, zoals in een Boeing die naar Spanje vliegt. Is ook niet fijn met een korset aan, maar liggen gaat nu eenmaal niet als alle stoelen bezet zijn. Steve Jobs bood uitkomst. Hij vond die super toegankelijke iPad uit – een gehandicapt kind kan de was doen – en dankzij dat apparaat wilde Job best een paar uur in een stoel zitten. AngryBirds op het klaptafeltje voor hem en hij gedroeg zich als een engeltje.
De vlucht ging naar Barcelona, die prachtige stad aan zee waar ze zulke fijne restaurants hebben. We wilden dus wel eens eten op het strand. Maar wat te doen met Job? Meenemen maar, mét de iPad. Niet alleen Steve Jobs is mijn held, ook degene die de loungetrend bij restaurants heeft geïntroduceerd ben ik dankbaar. We streken neer op zo’n hip terras met aan één kant van de tafel een brede bank. De rolstoel parkeerden we in het zand en Job legden we op die bank, die zelfs breed genoeg was om de iPad erbij te zetten. Dubbel genot, dus. Een koeler met rosé stond op tafel en we zagen met de hele familie (we waren met veel) hoe de zon zich liet zakken in de Middellandse Zee. Job speelde liggend de spelletjes die Steve mogelijk had gemaakt en gaf geen kik. We prezen onszelf met zo’n tevreden kind.
Op de hete middagen namen we Job mee naar het strand. Af en toe droegen we hem naar de golven en spartelde hij wat in een zwemband omdat zijn ouders dat zo leuk vonden, maar het liefst lag hij urenlang onder een parasol met het speeltje van Apple. Het braafste jongetje van de Costa Brava. Zo had ik alle tijd om me te vergapen aan de Spaanse tatoeages op de blote lijven en te besluiten dat zo’n plaatje niets voor mij is. Maar als Steve Jobs nog zou hebben geleefd, had ik hem bij thuiskomst een bedankbrief geschreven. Ik had hem uitgelegd hoe veel leuker hij het leven heeft gemaakt van een kind dat niet zo veel kan en hoeveel gemakkelijker het leven van diens ouders.
Volgens mij leest Jobs dit soort complimenten gewoon hoor. Wifi hebben ze ook daarboven. Mooie column weer!