De hond stinkt. Ik zeg: ‘We doen hem in bad.’ Maar plots heb ik een beter plan. ‘Hondje Duke en jij gaan sámen in bad, Job.’ De knuffelhond is een hit. Rob kocht hem nadat we naar de film Huisdiergeheimen waren geweest. Het is een … tja… hond. Met lang bruin haar en oren tot onder zijn voorpoten.
Job
Column: Juf Thea
Juf Thea krijgt geen loon naar geduld. Er volgt ook geen bonus als ze erin geslaagd is een agressieve leerling tot bedaren te brengen. Het vergt oneindig veel bezieling en liefde om les te geven aan een kind dat wegens een progressieve ziekte keihard achteruitgaat. Of om duizenden keren hetzelfde uit te leggen aan dat glimlachende meisje met looprek en een IQ van veertig. Mensen in het speciaal onderwijs zijn helden wat mij betreft.
Column: Woest
Job ligt in een ziekenhuisbed en slaat wild om zich heen. Rob en ik pakken allebei een arm vast in een poging hem in bedwang te houden. Job schreeuwt. Huilt. Tien minuten eerder was hij nog onder narcose. Hij is niet boos omdat hij pijn heeft, hij is woest omdat aan zijn ene hand een saturatiemeter zit en in zijn andere een infuus. Dat verdraagt hij niet.
Column: Tandendokter
Negen melktanden moeten getrokken worden, onder volledige narcose. Hoe leg ik dat uit aan Job? Over twee dagen is het zover en hij weet nog van niets. ‘Even goed luisteren, Job’, begin ik. Mijn zoon zit voor me op de aankleedtafel. ‘Maandag gaan we naar het ziekenhuis en dan …’ ‘Jeuj! Naar het ziekenhuis!’ Hij fladdert met zijn armen. ‘Ja, je mag naar het ziekenhuis.’
Column: Trump
O-ba-ma. Job was vier toen we op tv de inauguratie bekeken van de eerste zwarte president van Amerika. We lieten Job de naam O-ba-ma telkens herhalen, betoverd door dit historische moment en het charisma van de nieuwe wereldleider. Grote kans dat Obama straks plaatsmaakt voor de eerste vrouw. Ik voel niet de behoefte Job haar naam te leren, maar alles beter dan Trump.
Column: Brugklas
Dat dit soort momenten me overvalt, kan ik niet zeggen. In mijn hoofd zit een imaginaire levensagenda waarin de ‘mijlpalen’ al zijn gemarkeerd. Dit is er zo eentje: Job is twaalf, de zomervakantie zit erop en de middelbare school begint. Op weg naar mijn werk zie ik jongetjes van zijn leeftijd voorbij trappen: beginnende baard in de keel, zware rugzak, hoge fiets. Job zit er niet bij.
Annemarie in EenVandaag
Het actualiteitenprogramma EenVandaag besteedt vanavond aandacht aan de column Wij-wij, die viral ging. In De Gelderlander schreef Annemarie Haverkamp begin juni over haar gehandicapte zoon Job (12), die de woorden kut-Marokkaan, kankerlul en aandachtshoer niet kent. Hij vindt iedereen lief, tot het tegendeel bewezen is. ‘En dan noemen we hem verstandelijk beperkt’, luidde de laatste zin van haar column.
Column: Fuerteventura (2)
Je zal maar miljardair zijn. Valt niet mee, leer ik van een vermakelijke serie op RTL Z. Wat moet je als je concurrent toch weer een groter jacht heeft gekocht dan jij? Vind maar eens zo’n slagschip. Of neem de angst voor kidnapping. Een beetje miljardair schakelt een extern beveiligingsbedrijf in om zijn eigen bodyguards te controleren. De stress van het geld hebben is zo groot dat de rijkaard compensatie zoekt in beleving.
Column: Fuerteventura
Als een drinkende giraffe sta ik boven de wc. De handen steunend op de bril, de achterpoten uit elkaar. ‘Het lukt niet’, piept Job en ik laat mijn voorhoofd rusten tegen de koele achterwand. Dat derde wijntje op het terras had ik niet moeten doen. Job omklemt mijn benen in een poging zijn kromme lijf in balans te houden op de toiletpot.
Column: Koffer
Een jaar lang verstopten we de groene koffer. Kwam ik terug van een werkreis, dan schoof ik ’m snel achter de deur. Had Rob er een snorkeltrip opzitten, dan haalde ik eerst de bagage binnen en dan pas de man. Job mocht de koffer niet zien. Gebeurde dat per ongeluk wel, dan hadden we een probleem.