Als u dit leest, hadden we al bijna in het vliegtuig naar Valencia moeten zitten. Net als de afgelopen jaren wachtte daar een ruim huurappartement, ideaal voor een gezin met rolstoeljongen. Zwembad voor de deur, uitzicht op zee.
Maar helaas, vanwege corona valt onze vakantie – evenals die van veel andere mensen – in het water. We kunnen er mee leven, want overmacht. Waar ik weinig sympathie voor kan opbrengen, is de absolute onbereikbaarheid van de vliegtuigmaatschappij die ons naar Spanje zou brengen. Alsof Transavia voor ons niet meer wil bestaan.
We bellen al weken. De vliegmaatschappij meldt op zijn site dat klanten die nu niet mee willen op een geboekte reis, hun tickets tot 31 maart 2021 kunnen opmaken. Dat gaat niet in ons geval, want gezien Jobs kwetsbare longen piekeren we er niet over in een vliegtuig te gaan zitten. Daarbij levert het verplichte mondkapje ons kind grote problemen op. Job heeft een afwijkende anatomie waardoor dat bij hem niet gaat. Hij snapt ook niet dat zo’n lap op moet blijven. Onder de voorwaarde ‘mondkapjes verplicht’ hadden we nooit een vliegreis met Job geboekt. Transavia veranderde – om begrijpelijke redenen – de spelregels, alleen kunnen wij nu niet meer meedoen.
Rob en ik hebben er uren vergeefs telefoneren opzitten. Mailen is zinloos, meldt de site. ‘App ons maar.’ Dat deden we – ‘fijn dat je contact met ons opneemt’ – met pas een antwoord tot gevolg toen ik terloops meldde dat ik journalist was. Toen wilde Transavia wel kijken ‘of we hier iets in kunnen betekenen’ en zou binnen anderhalve week een mail volgen. We wachten nog steeds.
Ik loop over van begrip voor bedrijven die het moeilijk hebben. Moet er niet aan denken dat wij met z’n allen net zo niet thuis hadden gegeven toen de vliegmaatschappijen in de problemen zaten.